Door Death Valley naar Las Vegas

Na een heerlijk ontbijt, met zelfs bacon en scrambled eggs, vertrokken voor een lange afstand rijden vandaag. We gaan naar Las Vegas, maar niet zonder Death Valley te bezoeken. Death Valley is de heetste, droogste en laagste plek van Noord Amerika. De hoogste temperatuur hier ooit gemeten was 56, 7 graden. In de zomer is 49 graden hier heel normaal.

De weg naar DV was recht en lang. Duizenden oranje vlinders onderweg over een afstand van wel 100 mile. Jammergenoeg sneuvelen er ook velen omdat ze tegen de auto's opvliegen. Voordat we DV inrijden toch nog even de tank bijgevuld omdat de benzineprijs hier nog redelijk is. Richting DV weer een prachtige natuur, bergen met besneeuwde ijstoppen en dorre vlaktes met kleine boompjes, en soms zijn we lange tijd de enige auto op de weg! Toch nog een stuk rijden met een behoorlijke hoogte. We stopten bij het uitkijkpunt van Rainbow Canyon, ook wel Star Wars Canyon genoemd. Deze Canyon wordt gebruikt door de Amerikaanse luchtmacht voor het trainen met straaljagers. Je kunt ze hier als je geluk hebt zien trainen en bent dan zo dichtbij dat je de uitdrukking op een piloot zijn gezicht kunt zien. Helaas geen jets gezien. Na het uitkijkpunt weer in de afdaling met vele bochten en vergezichten.

Zoals eigenlijk iedere dag zien we op deze rit ook weer veel motoren, vooral shoppers, veel Harleys natuurlijk. We hebben er ook al meerdere gesproken die ook aan het rondreizen zijn.

Na lange tijd eindelijk wat gebouwen. Bij de winkel kopen we een ijsje, nemen even pauze en vertrekken dan weer. We rijden naar Badwater, hier is de extreme hitte van DV het best voelbaar. Badwater is een zoutvlakte en het laagste punt van heel het westelijk halfrond. Het ligt 85,5 meter onder zeeniveau. We stappen uit en lopen een stuk over de zoutvlakte. Het is hier extreem heet en na een aantal foto's is het fijn om weer de verkoelende airco van onze auto te voelen. We vervolgen onze weg naar Zabriskie Point waar je grillig gevormde kleurrijke rotsen in het woestijnlandschap kunt zien. Daarna besluiten we koers te zetten naar Las Vegas, nog ca. 2 1/2 uur rijden, terwijl we al 6 uur onderweg zijn. 

En dan zijn we er bijna. Een drukke stad verschijnt in de woestijn. De stad is groot, en het duurt best nog even voor we in downtown LV zijn en gebouwen/hotels gaan herkennen. Drukke 5-6 baans wegen hier ook en meerdere knooppunten. En dan zien we ons hotel...Excalibur, megagroot, hoog en met meerdere torens. We komen aan bij Valet Parking. Parkeren kost hier 10 dollar per nacht, maar met valet als je auto voor je geparkeerd wordt 16 dollar, dus dat doen we! Dan inchecken. We hebben een mooie ruime kamer met dubbel bed op de 3e verdieping ( het gebouw is 18 hoog). We deponeren de koffers, frissen ons op en gaan op ontdekking in ons hotel. Er is hier een groot casino, meerdere bars, op de 1e verdieping veel restaurantjes en fast food ketens, winkels en een starbucks en er zijn buitenzwembaden, een fitness en een spa. We kijken hier en daar en besluiten te eten bij een asian take away waar we voor weinig een combinatiekeuze van 3 gerechten konden maken. Met gebakken rijst, gegrilde gemarineerde kipstukjes en broccoli met rundvlees. Superlekker en goedkoper dan de Mac Donald van gisteren. Aan de bar neemt Annelies een wijntje terwijl Alex daar 5 dollar in een gokmachine gooit. Vervolgens is de wijn gratis omdat je speelt, maar de wijn was eigenlijk 7 dollar. Zo dus een drankje voor 5 dollar.

Omdat we echt moe zijn besluiten we vanavond niet meer weg te gaan maar lekker op onze hotelkamer te blijven. Morgen hebben we nog een hele dag en avond om de strip te bezoeken.